Beter door frequentietherapie, die werkt als brekend glas door geluidstrillingen
Op 7 juli gaat de nieuwste natuurfilm GRUTTO van Ruben Smit Productions in première. Het is de eerste grote productie na de film WAD, die door velen werd bekeken in de Boeg, de filmzaal van Klein Vaarwater. Tijdens de meivakantie was Ruben Smit, filmmaker en ecoloog met zijn gezin aan boord van de ‘Robbenboot Ameland’ van Arjen Mosterman, waar een gedeelte van de film WAD sinds een aantal jaren wordt getoond. Tijdens de tocht naar de robben was er tijd voor een interview over het ontstaan van de film GRUTTO, die voor een deel werd opgenomen op Ameland. Maar ook kijkt Ruben Smit terug op een periode van tweeënhalf jaar ziek zijn, toen hij geveld werd door een ernstige vorm van de ziekte van Lyme. En dan is er nog een nieuwtje: er is een kortere documentaire, een natuurfilm naast een ‘mensenfilm’ op komst in september/oktober: Wij en het wad.
De film WAD ging in première op 4 oktober 2018, werelddierendag. Voor de première van WAD op Ameland in de Boeg was je nog op het eiland. Wanneer daarna ben je ziek geworden?
Het was in maart 2019. Ik kreeg een zestal zware migraineaanvallen na elkaar. Migraine is een familiekwaal, ‘normaal’ heb ik twee maal per jaar een aanval, maar nu zo vaak na elkaar… Toen begon ik ook nog eens moeilijk te praten en kon ik mijn kaken steeds slechter bewegen, ik kon niet goed meer zien en kon geen geluiden verdragen. Vage klachten had ik al langer, rheuma-achtige klachten, last van stijfheid en tintelingen in vingers, handen en voeten. Het bleek de ziekte van Lyme te zijn. Door mijn leven in de natuur ben ik inderdaad bijna jaarlijks wel een paar keer gebeten door een teek, dus wanneer ik geïnfecteerd ben geraakt, weet ik niet te noemen. Gek genoeg kwam de diagnose helemaal niet gemakkelijk tot stand. Ik moest er voor naar Duitsland voor verder onderzoek, want in Nederland is er maar één onderzoeksmethode waarbij wordt gecontroleerd of er antistoffen in het bloed worden gevonden. Die zijn echter moeilijker te vinden als het al enige tijd geleden is, dat de beet plaatsvond. In Duitsland worden nog een tweetal onderzoeken toegepast, die kunnen leiden tot de diagnose en zo begrepen we dat het een variant van de ziekte van Lyme was, neuroborreliose, die me doodziek maakte. Het ging al snel van kwaad tot erger, ik werd net een vleermuis, ik kon alleen ’s nachts nog een beetje functioneren, overdag met daglicht en de gezinsleden om me heen kon ik me alleen maar afzonderen. Bij mij was het neurologisch systeem geïnfecteerd, de hersenen deden niet meer wat ze normaal kunnen, doordat iedere cel geïnfecteerd was met een spirocheet, de benaming voor de bacterie horend bij de ziekte van Lyme. Bacteriën, die de hersenen bereikt hebben, kunnen niet bestreden worden met antibiotica. Ik omschreef het zelf als: de natuur heeft me te pakken genomen.
In een interview voor Tijd voor Max werd voor een groot publiek duidelijk wat er precies met je aan de hand was. Je vertelde over je nieuwe boek, waar anders dan in de films en andere boeken die je tot dan toe maakte, geen dier in voorkomt. De lezer vindt daarin eerder verstilde natuur van bos, strand, duinen en water.
Op dat interview kwam een stormvloed aan reacties. Het fotoboek ‘Perspectief zonder horizon’, wat ik gemaakt had tijdens mijn donkerste dagen was pas uitgekomen. Met mijn oude analoge camera met rolletjes voor 12 foto’s was ik steeds een uur per dag er op uitgetrokken om foto’s voor dit beeldboek te maken: één foto per dag. Dat was wat ik kon, verder bracht ik mijn dag horizontaal door, zoveel mogelijk in het donker. Ik kon niet omhoog kijken, dan werd ik duizelig en verloor ik mijn evenwicht. Ik keek dus voortdurend omlaag en niet ver voor me uit. Maar tijdens mijn wandeling in het bos zag ik licht op bloemen verschijnen en lopend langs het water zag ik aan mijn voeten wolken spiegelen. Het leverde bijzondere foto’s op. Zo ben ik door het terug zijn in de natuur weer tot leven gekomen. Het heeft louterend gewerkt. En hoewel het toen moeilijk was om de kinderen om me heen te hebben (zijn jongste dochter Rowan van vijf speelt aan boord vlak bij hem bij de legotafel), zijn zij het vooral geweest die maakten dat ik weer stappen zette. En ik merkte dat lichttherapie, die ik volgde in Drenthe, hielp.
Als ik zo luister, was het in die tijd niet mogelijk geweest om weer naar Ameland te gaan of een boottocht te maken. Wat heeft uiteindelijk geholpen om te herstellen?
Ik ben in contact gekomen met Patrik Beaumont, die een biologische en natuurlijke geneeskundepraktijk heeft in Roermond. Ik voel me nu een heel stuk beter door de frequentietherapie, die hij aanbood. Door de trillingen worden de spirocheten gedood. Het is vergelijkbaar met glas wat door hoge geluidsfrequenties breekt, iedereen kent die experimenten wel. Sinds kort is mijn bloed vrij van spirocheten en daarom ben ik hier weer! Helemaal de oude ben ik echter nog niet. Dat zal ik ook niet meer worden. Daar baal ik soms nog stevig van, maar ik ben wel weer een nieuwe ik, in staat om weer van mijn gezin, van mijn kinderen te genieten en plannen te maken voor nieuwe natuurfilms.
Bij het passeren van de strekdam van de Ballumerbocht veert Ruben Smit op: Daar heb ik een scène gefilmd voor de film WAD! Aan het einde van die pier zijn getijdepoelen ontstaan, waar slibanemonen groeien. Het zijn heel rustige prielen, precies de juiste biotoop voor deze anemonen. En handig dat daar via die dam zo’n hard stuk straat heen ligt. Hoewel ik wel eens heel hard heb moeten rennen als de vloed opkwam en de dam veel gladder werd.
Je was voor de film GRUTTO weer op Ameland?
Het is leuk om te melden dat we voor deze film weer heel veel gefilmd hebben op Ameland in de weilanden samen met weidevogelkenner Jan de Jong. Mijn cameraman Ruurd Jelle van der Leij heeft veel met hem samengewerkt. We hebben een ongelofelijk goede samenwerking met VVV Ameland, Cinto Prosperi is enorm behulpzaam geweest. Voor de film werkten we ook samen met het Fryske Gea. Ik denk als ik op Ameland ben nog vaak terug aan Frits Oud, met wie ik zo vaak op het Oerd heb gelopen en prachtige opnames kon maken met behulp van zijn kennis. Als ik nu op Ameland kom, kijk ik naar boven en zeg: ik ben hier weer, Frits.
Op Ameland is de grutto inderdaad nog een veel geziene (en gehoorde!) vogel.
De grutto is de vogel des vaderlands! De film GRUTTO is de eerste film over een Nederlandse vogel, hoewel ik vind dat de grutto net zo goed een Afrikaanse vogel genoemd zou kunnen worden. Waarom deze film? De grutto is een veelbesproken vogel, maar nog nooit vertelde iemand het hele verhaal. Dat hebben we willen doen met deze film. We volgden daarom de grutto in Nederland, maar ook in Estland, Senegal, Portugal, IJsland en… op Ameland. Eeuwen geleden, in de Middeleeuwen was de grutto een steppevogel, net zoals de kievit en de tureluur. Deze Oer-grutto kwam voor in Centraal Europa en ook nu nog is de Oer-grutto daar te vinden. Daar hebben cameramannen Melchert Meijer zu Schlochtern en Ruurd Jelle van der Leij hem ook gefilmd. In het begin van de middeleeuwen echter slaagden de boeren hier erin de moerasgebieden voldoende te ontwateren, zodat er weiden ontstonden voor koeien en schapen. Met de grote hoeveelheid regenwormen voor de volwassen grutto’s en voldoende insecten in de bloemrijke weiden met een drassige bodem voor de kuikens was het een ideale plek geworden om te broeden. In het najaar vertrok de grutto dan naar Afrika en dat patroon volgt de grutto nog. Ook wij trokken voor de film naar Senegal waar we de grutto terug vonden in de binnenlanden met slikvelden en de mangrovebossen. Daar bezoeken ze het land van de rijstboeren en -boerinnen, van wie ze de rijstoogst opeten. Ze zijn daar zeker geen graag geziene gasten, bij de arme boeren die het toch al zo moeilijk hebben. Evenmin als in Portugal waar ze het op de lentetrek naar hun broedgebied terug ook op de rijstoogst hebben voorzien. De grutto is een echte trekvogel. De afstand van het overwinteringsgebied in Afrika naar het vaste land van Europa wordt meestal in ruim twee dagen, in één vlucht afgelegd. Er is natuurlijk wel wat aan de hand; de mooie omstandigheden van vorige eeuwen bestaan niet meer voor de grutto (limosa limosa). Door intensieve veeteelt en het verdwijnen van de bloemenrijke, drassige weilanden in Nederland is de Gruttostand gekelderd naar nog maar minder dan 25% van de populatie van 100 jaar geleden.
In het rijtje van landen, die je beschrijft ontbreekt IJsland nog.
Ja, en dat is meteen een heel interessante wending in de film, want met de IJslandse variant (limosa limosa islandica) gaat het juist heel goed! Op IJsland ontstaat door klimaatopwarming de mogelijkheid om de eerder lang bevroren IJslandse bodem nu te gaan gebruiken voor veeteelt. Het is er steeds eerder lente. Bovendien is Skyr, IJslandse zuivel heel populair. Daar zie je gebeuren wat hier in de middeleeuwen plaats vond: er ontstaat veeteeltgebied en daarmee ook geschikt broedgebied voor de IJslandse grutto. Zo beschrijft de film de reis vanaf Senegal, via Portugal naar Nederland, Estland en IJsland en beleef je hoe onze natuur in Nederland is verbonden met die van elders in de wereld.
In het najaar van 2022/2023 komt de documentaire ‘Wij en het Wad’ uit?
Al meteen nadat de film WAD uitkwam kreeg ik vragen over ‘waar is de mens in de Waddenzee?’ en ‘wat is zijn invloed’. Deze film ‘Wij en het Wad’ wordt niet zo lang als GRUTTO en WAD, circa 30 minuten. Het is een productie, die hopelijk mensen aan het nadenken zet. We laten de personen, die leven in het waddengebied aan het woord: kenners, biologen, bemanningen van schepen als de Krukel, beheerders in dienst van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de film is bedoeld voor de bezoekerscentra rond het wad. Naast deze film maken we een echte natuurdocumentaire die gaat over het leven op het strand.
Deze film is gemaakt in opdracht van Vogelbescherming Nederland, en ook bedoeld als aanvullende informatie over weide, wad en het strand als broedgebied. Strandbroeders als strandplevieren, bontbekplevieren en dwergsterns staan op de rode lijst van bedreigde vogelsoorten. Andere strandbroeders zijn de zilvermeeuw, de kleine mantelmeeuw, de scholekster, het visdiefje en de kluut. Allemaal broeden ze in een eenvoudig kuiltje in het zand en broeden hun eieren uit onder alle weersomstandigheden die in de broedtijd kunnen variëren van zomerwarmte tot westenwind met slagregens en tot droge, harde oostenwind, waarbij het strandzand alles zandstraalt wat onder kniehoogte komt. Bijzonder om te vermelden is dat we deze filmopnamen weer hoofdzakelijk op Ameland zullen maken. Vanaf eind mei is mijn filmteam vooral op of rondom het Groene Strand bij Hollum te vinden waar we samen met Amelander natuurkenner Johan Krol en met samenwerking van Rijkswaterstaat op zoek gaan naar de strandbroeders en allerhande leven op het strand.
De ‘Ameland’ heeft inmiddels aangelegd bij het schelpeneiland en Ruben, Marisa, Silvan, Freya en Rowan hebben hun laarzen aangetrokken. De kinderen cirkelen om hun vader heen, die al snel de poeltjes opzoekt bij de oestervelden. Voor de anemonen is het nog te vroeg in het jaar. Maar kleine krabbetjes en zeesterretjes zijn er genoeg. Al snel sluiten zich meer opvarenden aan bij het groepje, wat druk kijkt, praat en fotografeert. Ruben Smit is weer in staat om een leuke papa te zijn voor zijn kinderen en gaat een praatje met een toerist niet meer uit de weg. Ik denk aan Frits Oud, aan wie hij het nog altijd meldt als hij op Ameland is. Het is duidelijk: Ruben Smit is terug na een lange periode van ziek zijn. Gelukkig maar.